zaterdag 5 februari 2011

Het schiet ook niet op

Ik had op de middelbare school een leraar Nederlands, Piet Meeuwisse, die helaas al onder de zoden ligt, die steeds zei: je mag in een verhaal niet je titel vermelden of er zelfs maar naar verwijzen. Ik begreep deze regel niet, dus ik overtrad die regel vaak, en ook vandaag zal ik dat doen.
Ik reed in mijn comfortabele, witte Citroën Berline door de Noordhollandse lanen en dreven, onderweg eenieder groetend en wuivend naar al wat bewoog, totdat ik aankwam bij Gijs de Deen. Gijs de Deen is – ja, ik weet dat dit verhaal niet opschiet – woonachtig op het adres Oosterzij 22 te Dirkswoud, waar hij in oude boeken handelt (Antiquariaat De Deense Slag).
Je moet, zei Piet Meeuwisse ook, vooral in het begin van je verhaal je alinea’s kort houden. Dat geeft overzicht. Dat is een regel die ik altijd heb opgevolgd.
Terug naar het antiquariaat. Het was een mooie herfstachtige dinsdagmiddag, maar daarover zal ik kort blijven. Het regende niet, het waaide een beetje, bij 15 graden boven nul. Nu volgt het gesprek dat ik voerde met Gijs de Deen.
- Meneer De Deen...
- Zeg maar Gijs, hoor.
(Volgens Piet Meeuwisse moet je de sprekers in een dialoog zó laten beginnen dat de lezer direct begrijpt wie er aan het woord is. Een regel waar ik me aan houd.)
- Ik zoek een Engelse schrijver die leefde van 1795 tot 1821. Op zijn vijfentwintigste maakte hij met blauwzuur een eind aan zijn leven, want hij was depressief en hij had gokschulden.
- Wat is zijn naam?
- Zijn naam is John William Polidori, zijn voorouders waren Italianen.
- En wat zoek je precies?
- Ik zoek naar zijn The Vampyre, het eerste vampierenverhaal dat in het Engels is verschenen, in 1819.
Enfin, het was even zoeken, maar Gijs kwam aan met een boek uit 1972: Great British Tales of Terror (uitg. Gollancz), dat ik van hem kocht voor de prijs van 22 euro, en dat inderdaad dat verhaal van Polidori bevatte.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten