maandag 28 februari 2011

Kijk maar naar Cybulkova

Zoals Oud Zeikwijf gisteren opmerkte in Nurks, schrok ze van de lengte der Nederlanders. Ze is nog nooit in Dirkswoud geweest, waar ik niemand ken die langer is dan één meter zeventig. De vrouwen zijn er gemiddeld één meter zestig lang. Domenika Cibulková – want zo moet je haar achternaam spellen, blijkt; ik weet overigens niet hoe de Slowaken die naam uitspreken en op welke lettergreep ze de klemtoon leggen – zou een Dirkswoudse kunnen zijn, met haar één meter éénenzestig.
Hoe komt dit. Veertig jaar geleden werd aangenomen dat het drinken van melk en het eten van pindakaas een lengtebevorderend gevolg zou hebben. Ik wilde ook wel wat langer worden, dus ik heb het melk en pindakaas-advies niet naast me neergelegd, maar helaas: ik ben nooit langer geworden dan een schamele één meter achtenzeventig, en dat is mijn lengte ’s ochtends, bij het opstaan. In de loop van de dag wordt een mens twee centimeter korter. Een lange pierlala van twee meter krimpt misschien wel drie centimeter, in de loop van de dag.
Ik geloof dat melk en pindakaas er niets mee te maken hebben. Ik geloof dat het een genetische kwestie is, en dat de genen in de Dirkswoudse families de Dirkswoudenaren voorbestemmen niet langer dan één meter zeventig te worden. Zouden we dan de Dirkswoudse genenpool niet in bescherming moeten nemen? Dat lijkt me niet nodig, want we zouden net zo goed de Zuidfranse genenpool kunnen nemen.
Het is wel eens lastig, zoals bij de R.K. Basketballvereniging Dirkswoud, die in de laagste provinciale divisie speelt, en dan nóg tegenover jongens van twee meter zeventien komt te staan. Maar waar een wil is, is een weg, want, zoals Oud Zeikwijf terecht opmerkte, die lange lellen van kerels weten van boven niet goed wat ze met hun staketsels aan de onderzijde moeten doen. Ze kunnen bijvoorbeeld niet goed springen, en als ze al van de grond gaan, komen ze verkeerd neer, wat verzwikkingen en verstuikingen van de enkel- en kniegewrichten tot gevolg heeft. Een en ander kan worden bevorderd door kleine porren tegen de heuppartij of het kuitgebied, een vorm van spelen die door de Dirkswoudenaren dan ook enthousiast wordt beoefend.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten