Elk dorp in Nederland kent wel zijn moordverhaal, het bekendst is de Moord van Raamsdonk. Zo is ook Dirkswoud niet gespaard gebleven. Hier volgen de gruwelijke details.
Dirkswoud is een dorpje, gezapig van snit,
katholiek bovendien, so that’s good, isn’t it?
Op het fraaie adres van de Oosterzij 9
daar woonde een man en die heette Verstegen.
Verstegen keek neer op zijn buren van 11,
want die woonden heel vies en nou ja, zeg nou zelf.
Hun tuin was ook groot en niet goed onderhouden,
kevertjes tripten en katten miauwden
en kippen en honden en loslopend vee.
Alles liep los en Verstegen zei: nee!
Hij ging eerst te biecht bij pastoor E. de Zeeuw.
Die zei hem ‘Je doet maar’ en liet toen een geeuw.
Dit feitenverslag is nu, dames en heren,
op ’t punt dat Verstegen bedacht: ‘Mijn geweren!’
Hij pakte er twee (en een dolkmes en bijl)
en hij liep door Dirkswoud, hij liep wel een mijl.
Tot hij bij Oosterzij 11 aankomt. Belt.
Opengedaan. En daar was het geweld.
Schoten (wel twintig) en steken en klieven,
de familie was niet op haar beste qui vive.
Gevolg dus: twee doden en vele gewonden,
die door de dokter snel werden verbonden.
De heer Verstegen zegt nu nog, heldhaftig:
‘Ik deed het zo weer, maar ik ben nu al taftig.’
Ben, je bent dichter!
BeantwoordenVerwijderenHè gatverdamme! Ik had mezelf voorgenomen nooit een dichter te zullen worden, toen ik aan dat blogschrijven begon. En nou maak ik eens een keertje, omdat het moest, een wankel rijm met een nog wankeler maatpatroon (dat moet je maar geloven, Rigo: het was expres wankeler dan je ooit een gedicht zult vinden in een dichtbundel, even gebrekkig en kunstig als dat soort volkspoëzie soms is), en dan...!
BeantwoordenVerwijderenOverigens weet je nu wel hoe je Dirkswoud moet uitspreken: als Dirkswóud. Zoals je Ursem uitspreekt als Ursèm. En graanhandelaar: graanhándelaar.
Dat vond ik zo gek, toen ik in NH ging wonen. Heemskérk. En het Noord Hollands Kanáál. En een boterham noemen ze een broodje.
BeantwoordenVerwijderen